maandag 7 februari 2011

Studie, o studie.

December 2010


Zo langzaamaan begint de twijfel over mijn studiekeuze te komen. Op de universiteit loopt het allemaal niet echt lekker, maar ik kan niet echt mijn vinger op de zere plek leggen. Vind ik interessant? Nou, nee, niet echt, maar dat kan ook aan mijn gebrek aan motivatie liggen. Ligt het probleem bij de universiteit? Ik weet niet of hét probleem bij de uni ligt, maar daar is in ieder geval éen probleem. Wat ik ook wil, steeds weer loop ik tegen een muur aan, omdat docenten, coördinatoren en andere begeleiders hun prioriteiten heel ergens anders hebben liggen. Maar hoewel het moeite kost, het lukt wel steeds. Dus dat kan de reden van mijn onvrede eigenlijk niet zijn.
Uiteindelijk denk ik dat mijn grootste probleem mijn motivatie is. Zoals het nu gaat, krijg ik mezelf totaal niet gemotiveerd voor, nouja, wat dan ook. Niet voor een verslag, niet voor tentamen en al helemaal niet voor de colleges, waar ik dan ook zelden of nooit te vinden ben. Nu moet gezegd worden, dat dat op zich niet zo erg is. Mijn vakken lijk ik wel te halen. Toch verval ik weer in verveling en onrust. Naar mijn smaak zit ik weer veel te vaak een avondje "niks te doen" achter de computer. Dat geeft geen voldoening, omdat ik dan naar mijn eigen mening niks nuttigs heb gedaan en er ook niet van heb ontspannen. Zo schiet het schrijven op deze blog er nog wel eens (ten onrechte) bij in. Zonde, natuurlijk, want als ik aan een stuk begin, vind ik het schrijven ook spontaan weer leuk. Maarde motivatie om ergens aan te beginnen is er niet. Als ik een opdracht moet maken, moet ik zonder computer en met alleen mijn boeken in de bibliotheek gaan zitten. Of liever nog; bij mijn vriend. Die dan telkens als ik mompel dat ik op ga houden voor vandaag, mijn geweten speelt en me eraan helpt herinneren dat ik mijn eigen doelen niet gehaald heb. Maar zélf de motivatie vinden en de dingen die ik moet doen, niet alleen doen omdat ze nu eenmaal verplicht zijn, dat lukt niet.
Dat zorgt ervoor dat ik mijn studiekeuze heroverweeg. Met twee studies die maar matig interessant en niet al te lastig zijn en daar bovenop nog een universiteit die alles behalve meewerkt, ís dat ook niet makkelijk. En dus vraag ik me af of ik niet iets anders moet doen. Een interessantere studie. Een moeilijkere. En het liefst op een plek waar ik meer mogelijkheden krijg. Hoewel ik voor mezelf had besloten dat ik een specifieke in plaats van (heel) brede opleiding zou doen, wil ik nu toch weer een brede opleiding overwegen. Je moet iets. De komende tijd ga ik eens lekker rondkijken. En wie weet, vind ik mijn motivatie weer terug. Die moet toch érgens zijn gebleven!

En het schuldgevoel krijg je er gratis bij

November 2010

Inmiddels is het eerste blok alweer voorbij en - hoewel ik het ongetwijfeld niet verdien - heb ik alle vakken gehaald. Drie zevens en een acht zelfs, geen idee waar dat vandaan komt. Conclusie één: de colleges zijn écht niet nodig. Conclusie twee: op tijd beginnen met leren is geen noodzaak. Natuurlijk was ik veel te laat begonnen en mijn voornemen volgende keer eerder te beginnen was absoluut serieus, maar een noodzaak? Nee. Stiekem was drieduizend bladzijden in vier dagen wel een beetje veel (vandaar ook dat voornemen). Het blijkt dat mijn concentratieboog ook zo zijn beperkingen heeft. Maar hoe zwaar het ook was, het kon. En daar ging het maar even om. Samengevat heb ik in blok 1 veel gewerkt, veel met vrienden afgesproken, veel geschreven, veel genikst en... oja, ook nog een beetje gestudeerd.

Ik heb er moeite mee. Veertig uur per week staat er voor mijn studies. Veertig plus veertig maakt tachtig door de universiteit bedachte studielast. Ah ja. Ik had verwacht met mijn studies iets boven de studielast van één studie te zitten. Ik had me misschien nog wel voor kunnen stellen dat ik "maar" veertig uur nodig zou zijn. Heel misschien zelfs nog een klein beetje minder. Maar hoe het dit blok ging, sloeg nergens op. Echt niet. Op alle evaluatieformulieren heb ik bij het aantal uren dat ik wekelijks in het vak had gestoken - enigszins schuldbewust - "<12 uur" in moeten vullen. Met in mijn hoofd de wetenschap dat ik de zes uur amper heb gehaald. Ai. Maar wel al mijn tentamens gehaald ja.... Dat wel.

Af en toe vraagt een studiegenoot naar mijn studies. Of ik het allemaal nog wel red. "Ja, het gaat nog redelijk", zeg ik dan. Om nou tegen iemand die er dubbel zoveel tijd in steekt te zeggen dat het vooralsnog een eitje is... Nee, dat kan ik niet. Zelfde verhaal als iemand of ik mijn tentamens allemaal gehaald heb. Het zinnetje "ja, gelukkig wel" kan ik inmiddels zowel heel opgelucht, als heel verbaasd laten klinken. Net of ik ook een normale student ben (zou ik graag willen zijn trouwens: iemand ruilen?). Dat is namelijk ook een kunst. Maar als ik dezelfde vraag terugstel gaat het wel eens mis: "Nee, ik heb statistiek niet gehaald, ik vond het zo moeilijk." "Ja, ik heb voor beide gelukkig niet voldoende!" "Nee, ik denk dat ik maar hbo ga doen, ik vind het op de uni heel lastig." Zo stom voel ik me dan...

Het is allemaal leuk en aardig, twee studies; maar het schuldgevoel krijg je er gratis bij.

Oeps. Foutje moet kunnen, toch?

November 2010

Langzaamaan begin ik te wennen aan het leven op de Universiteit. Het ritme van het oersaaie huiswerk inleveren. De verplichte colleges, die gelukkig plaatsvinden in lokalen met ramen. De vragen van studiegenoten over mijn studies. Van de hele ellende eigenlijk. Ik begin te beseffen dat ik er voorlopig aan vast zit en dat ik wel zal móeten. Een keus heb ik simpelweg niet, hoe frustrerend het is. De weken vliegen voorbij en alles gaat maar zo zijn gangetje.

Tot de tentamentijd aanbreekt. En ik geef het toe, steek de hand in eigen boezem. Dit keer heb ik het eens goed verprutst. Griezelig dichtbij zijn de tentamens. En ik ben nog niet begonnen. De paniek slaat toe. En dat is terecht. Stiekem zijn de tentamens van twee studies best wel veel werk. De stof beslaat een vijftal boeken en de meest uiteenlopende vakgebieden. Ik heb het gevoel dat ik nu de prijs moet betalen voor mijn luiheid het afgelopen blok. Had ik mijn motivatie nu nog maar gehad!

Als ik in de brugklas had gezeten had ik me voor mijn eerste echte toetsen te pletter geleerd om er maar zeker van te zijn dat ik een goed cijfer zou krijgen. Maar hier op de Uni heb ik misschien niet eens genoeg gedaan om een voldoende te halen. Balen. Ik erger me aan mezelf. Want waarom krijg ik het niet voor elkaar om gedisciplineerd op tijd te gaan leren? Waarom stel ik het allemaal zo vreselijk lang uit? Waarom kan ik niet gewoon mijn verstand op nul zetten en het maar gewoon doen? Misschien is het dat verzet tegen autoriteit dat zo veel hoogbegaafden kenmerkt. Misschien heb ik gewoon nooit leren doorzetten omdat het niet nodig was. Misschien zit het wel een beetje in mijn karakter. Waarschijnlijk is het allemaal van invloed. Maar daar hebben ik nu bijzonder weinig aan! Soms hoop ik dat ik een vak niet haal, zodat ik wakker word en besef dat het wél nodig is om mijn boeken open te slaan. Dat ik dat dan het volgende blok kan. In ieder geval neem ik me voor om volgend blok mezelf te gaan verbeteren. Niet de eerste keer. Maar ik probeer het toch.

En nu? Nu ga ik keihard leren. Want het schrijven van deze blog valt zonder twijfel in de categorie Studie Ontwijkend Gedrag!

Wat nou docent?

Oktober 2010

Om de een of andere reden had ik verwacht dat we op de Universiteit alleen maar te maken zouden krijgen met ontzettend slimme, veelwetende docenten. Dat blijkt niet zo te zijn. Of nouja, ze zijn hoe dan ook slim en weten ongetwijfeld ook heel veel. Toch betwijfel ik soms of de lessen zo wel echt goed zijn. Na een maand op de Universiteit heb ik met name het idee gekregen dat het niet de bedoeling is om zelf na te denken. In ieder geval nu nog niet. We zijn dom en onwetend. Er moet eerst een heleboel kennis in, voor iemand de moeite gaat nemen om er een mening of wat dan ook uit te trekken. Over een paar jaar mogen we ons hoofd pas gaan gebruiken, zo lijkt het wel. En voor zover ik wist, is dat bepaald niet de bedoeling van de Universiteit.

Onze docent vertelt ieder college minstens 20x hetzelfde. Hoewel haar voorbeeld over roze, grijze, grote en kleine olifanten erg leuk is, hoeft het voor mij niet telkens weer herhaald te worden. Iedere keer als er een vraag gesteld wordt, beantwoordt zij die - tot ergernis van de studenten in de zaal - weer met datzelfde voorbeeld dat iedereen intussen wel begrijpt. Ze is het niet noodzakelijk eens met wat in het boek staat, maar weet dat ook niet duidelijk over te brengen. Begrijpt iemand iets niet, dan verkondigt ze dat dat vanzelf wel komt en dat we ons vooral geen zorgen moeten maken. No worries, be happy is een leuke instelling, maar als we iets moeten leren en onze tentamens straks moeten halen toch niet de meest geniale tactiek, denk ik zo. En om het nut nog maar eens extra te ondermijnen: we moeten opdrachten maken die al besproken worden in de werkgroepen vóórdat we het college met de uitleg krijgen. Die dan niet meer zo nuttig is, omdat we het onszelf inmiddels met pijn en moeite (sommigen dan toch) eigen hebben gemaakt.

En onze student-assistent dan. Daar word je af en toe pas echt knettergek van. Ze geeft onze werkcolleges en doet dat op boeiende wijze. Ze begint met het uitdelen van de antwoorden op onze opdrachten, die dan daarna uitgebreid besproken worden. Heel handig, want dan weet iedereen al wat ie fout heeft gedaan (en bijna altijd ook al wel waarom dat fout was) en is ze onmiddeijk overbodig. Vervolgens blijkt dat kritische vragen volkomen uit den boze zijn: "That's something we're not going to discuss right now" is haar meest gemaakte opmerking. Tot onze grote frustratie is "That's ALSO something we're not going to discuss right now" een goede tweede. Op kritische vragen krijgen we dus geen antwoord en andere vragen hoeven we niet meer te stellen. Maken onze docenten zichzelf hier niet een klein beetje overbodig? Ik krijg er steeds meer moeite mee om braaf naar de colleges te gaan. Ook terwijl ik dit schrijf, zit ik in de collegebanken en eigenlijk geeft dat het al aan: dit is niet bijzonder nuttig. Dit zal voorlopig dan ook de laatste keer zijn dat ik bij dit vak te vinden ben. Nu maar hopen dat niemand het stiekem gaat controleren!

Onvoorstelbaar

Augustus-September 2010

Tijdens de UIT (Utrechse Introductie Tijd) ga ik extra vroeg mijn bed uit voor een gesprekje met de studie-adviseur van Taalwetenschap. Kijken wat ze voor me kan doen. Het is de eerste dag dat ze terug is van vakantie en het moest per se die dag. Maakt niet uit dat ik er dingen voor zou moeten missen, zo belangrijk was het dat het allemaal zo snel zou gaan.

Met dat in mijn achterhoofd stap ik haar kamertje binnen. En jee, wat een teleurstelling. Het enige wat ze zegt is was ik al wist en wat ze me aan de telefoon al gezegd heeft. Kan niet. Er is een aanwezigheidsplicht bij beide studies. Nee, we kunnen geen uitzondering maken. Hoe denk jij het zelf op te lossen, zo zonder mogelijkheden? Nou. Nuttig. Gelukkig krijg ik na twintig minuten stug volhouden in ieder geval de toestemming om het dan maar te proberen. (Ik hoor haar denken: "als jij dan zo eigenwijs bent".) Op hoop van zege. De truc? Docenten lief aankijken. Héél lief, als ik haar moet geloven. Anders wordt het nooit wat.

Als ik mijn rooster zie, blijk ik mijn puppyblik inderdaad te moeten gaan oefenen. Er blijken twee werkcolleges samen te vallen. En laten die nou net heel erg verplicht zijn. Mailtje naar Taalwetenschap dan maar, daar heb ik waarschijnlijk de meeste kans. Ruilen van werkgroep? Dat kan blijkbaar alleen als iemand uit een andere groep bereid is met je te ruilen. Ik plaats een oproepje, maar zonder succes. Erg vreemd vind ik dat niet. De cursus herbergt allerlei studenten van andere studies die dit vak in hun vrije ruimte doen en dus al in hun tweede of derde jaar zitten. Wie wil er dan in een groep van twintig eerstejaars met een heel andere studie terechtkomen? Niemand en daar kan ik ze bepaald geen ongelijk in geven.

Dat levert voor mij natuurlijk wel een behoorlijk probleem op. Ik mis de eerste wergroep van Psychologie en mail naar aanleiding hiervan ook naar hen de vraag of ik naar een andere werkgroep kan, er zijn er immers 23. "Nee, dat kan niet. Dat doen we niet" "Dan kan ik misschien geen Psychologie studeren!" "Dan kun je inderdaad geen Psychologie studeren, helaas." Nouja... Ze zijn duidelijk blij met een intelligente, gemotiveerde student. Ik krijg er nog een onvriendelijke waarschuwing bij dat een tweede studie geen geldige reden is, dat ze omdat dit het eerste blok is een uitzondering zullen maken en dat ik het vooral niet nog eens moet doen: ik heb het vak dan niet gehaald. ARGH.

Door de tijd die het heeft gekost moet ik nog een werkgroep missen en dat wordt deze keer die van Taalwetenschap. Ook daar zijn ze niet blij met me, maar omdat ik de noodzaak aangeef mag ik per volgende week dan toch naar een andere werkgroep. Niet van harte. Maar eindelijk is het probleem opgelost. De komende twee maanden kan ik zonder roostergedoe studeren. Dat is fijn, maar intussen is mijn motivatie tot ver onder het vriespunt gedaald. Als zij me allemaal niet willen, waarom zou ík die moeite dan doen? Ik hoop dat het vlug wat warmer wordt...

Tout a continué

September 2010


"Non, non, rien n'a changé. Tout tout a continué" Nee, er is niets verandert, alles is hetzelfde gebleven. Hoe graag ik het ook anders zou zien, het is o zo waar. Films, boeken, vrienden en docenten. Allemaal schilderden ze de Universiteit af als een soort Walhalla. "Ellen," zeiden ze, "op de Universiteit wordt alles beter." Meer uitdaging, meer vrijheid en meer plezier in het leren, het zou er allemaal zijn. Jippie! Vergeleken bij de Universiteit zou de middelbare school maar een slap aftreksel zijn, een ordinaire gevangenis vol saaie lessen, massa's huiswerkopdrachtjes en beklemmende regelingen. Ja, op in Utrecht zou ik het goede leven leren kennen.

Maar is dat zo? Ik waag het te betwijfelen. Echt wel dat colleges saai kunnen zijn. Echt wel dat je gewoon huiswerk moet maken. En net zo dom als op de middelbare school (no difference there). Weer simpelweg wat dingetjes uit je boek overschrijven, inleveren en klaar is Ellen (of Kees). Naast deze duidelijke overeenkomst, is er ook nog een belangrijkverschil en dat is bepaald niet in het voordeel van de Universiteit. Op de middelbare school is het niet zo erg als je een keer je huiswerk niet maakt. Een keertje nablijven, een beetje strafwerk of gewoon een geïrriteerde docent; veel erger werd het allemaal niet. Dit allemaal ervan uitgaand dat het huiswerk met regelmaat gecontroleerd wordt, wat ook nog niet het geval is.

Nou, dát is hier in Utrecht wel anders. Iedere week keurig netjes je getypte blaadjes inleveren. En wee degene die dat niet doet, want de consequenties zijn behoorlijk: een 1 die 10 tot 40% van je eindcijfer uitmaakt en het bij voorkeur onmogelijk maakt het vak nog te halen. Slimme docent die de opgaven laat inleveren tijdens een hoorcollege: dan moet de student daar ook nog heen. Ziek? Foei! Extra opdracht maken. Twee keer ziek? Extra foei! Op je knieën naar de studiecoördinator en smeken of je toch alstublieft het vak nog mag halen. Lekker systeem. Het voelt weer als op de middelbare school. Nee jij mag geen boeken lezen in de les. Jij moet opletten. Jij moet doen wat wij willen ook al heb je het niet nodig. Iedereen moet het immers. Meer dan eens vervloek ik het Nederlandse "egale" onderwijs. Vreselijk. Is de Universiteit een Walhalle? Nee zeg. De Universiteit is schools. Afschuwelijk schools. Schoolser dan schools. En da's knap.